12 april 2007

Annapurna Sanctuary Trekking

Hello, hello,

Ja, ja, hier zijn we weer, eindelijk nieuws hoor ik sommigen van jullie al zeggen. We hebben het gehaald en ook nog eens zonder kleerscheuren, we zijn elk wel eens op ons gat gegaan, maar gelukkig in de sneeuw. Ben nu wel een beetje pissig, want ik had net mijn tekst getypt en gesaved en toen is de electriciteit in heel Kathmandu weggevallen (gebeurt wel dagelijks) en om een of andere reden kuist deze computer zichzelf op en foetsjie is mijnen tekst en mag dus nu weer van nul beginnen…..

Om de Annapurna Sanctuary Trekking te kunnen doen, moesten we vertrekken vanuit Phokara, een stadje gelegen aan een meer op zo’n 150 km van Kathmandu. Piece of cake om daar te geraken, dacht ik eerst ook….maar we zitten in de bergen. Ja, hoor ik jullie zeggen, hebben we in Europa ook, maar je kan je de staat van de wegen niet voorstellen. De wegen in de Vlaamse Ardennen zijn luxueus in vergelijking ;-). De ravijn komt hier af en toe wel heel dicht bij en het is hoog, believe me, overal zitten putten, de wegen zijn vaak net iets te smal om met twee te passeren, laat dan staan dat ze hier de gewoonte hebben om gewoon doodleuk in of vlak voor de bochten voorbij te steken. En hoe groter het voertuig hoe liever ze dat doen. Komt er nog bij dat alle voertuigen hier meestal uit Indie komen, als ze daar afgedankt zijn, dan zijn ze klaar voor Nepal. Snap je het plaatje? Ik moet wel toegeven dat ze die frietkarren super weten te camoufleren met prachtige tekeningen en schilderijen, echte kunstwerkjes….. Kortom, we hebben ze 7u lang, jawel 7u lang geknepen. Of dat was toch het initiele plan.

We stappen na een Riksja-ritje op onze toeristenbus (net iets minder frietkar dan de grootste frietkar) om 7u30. De eerste uurtjes verlopen vlot (meer met mijn ogen dicht, want ik wil het liever niet zien dan steeds mijn hart te moeten vasthouden) en plots horen we een sterk piepend geluid. Gelukkig heeft onze chauffeur de juiste reflexen en stopt hij onmiddellijk. Wat blijkt? Platten band. Oef, had erger gekund, het blijkt dagelijkse kost voor die mannen. Hoe kan het ook anders met deze wegen. Iedereen moet uit de bus. Alle mannen van onze bus staan te pissen en ik moet ook….maar ja, geen heuveltje of hoekje in de buurt. En ik ben geen preutse, verre van, maar ik wil de Nepalezen nu ook niet te veel chockeren met mijn witte billen (waar volgens een Vietnamese veel vlees aanzit ;-)). Uiteindelijk komt een Indische mevrouw op me afgestapt, zij stond net zoals ik wat te draaien en te kijken. “Wij gaan een team vormen” zegt ze plots. Ik kijk haar aan en pas als ze een van haar doeken afwikkelt, begrijp ik wat ze bedoelt. Haar eigen man of Jan mogen niet helpen, vrouwen onder elkaar knipoogt ze me toe. Het ijs is gebroken en terwijl ze de band verder vervangen kletsen we gezellig verder, ook met de rest van de busreizigers. Na een dik half uur kunnen we weer verder.

De rit verloopt zoald gepland verder tot ongeveer een 15km voor Phokara. Plots staan we in de file en alles staat muurvast, er komen ook geen tegenliggers meer. Iedereen weer uit de bus en het is heel grappig om zien hoe de Nepalezen zich nergens druk over maken. Ze beginnen te kaarten op het midden van de baan. Anderen gaan een tukje doen onder de bus, daar is er schaduw, want het is bloedheet en airco staat hier nu eenmaal niet in den woordenboek. Nog anderen gaan een potje koken op een geimproviseerd vuurtje. Ik bewonder dat wel. Westerlingen zouden zich alleen maar druk maken en zij doen op hun gemak hun ding verder, ze zien wel wat er gebeurt. We hebben daar twee uur vastgezeten voor we wisten wat er aan de hand was en we hebben er eigenlijk wel van genoten. De lokale ambiance, zo zullen we het maar noemen. Blijkbaar was er een wegblokkade door een betoging omdat er de vorige dag een ‘local’ was doodgereden. Na overleg met onze gidsen hebben we besloten de trekking een dag vroeger te beginnen en te voet tot voorbij de blokkade te wandelen en daar een taxi te nemen. Uiteindelijk kwamen we in Phokara aan na ongeveer elf uren onderweg te zijn, een hele belevenis, maar wel de moeite waard!

De dag nadien startte onze elfdaagse trekking. We hebben weer ons peer afgezien, maar elke druppel zweet is de moeite waard geweest. We hebben 6 dagen geklommen tot we uiteindelijk bij Annapurna Basecamp aankwamen en dan nog 5 dagen om weer terug te keren. Van 800m stijgen naar 4130m, een hele klus. We hebben geploeterd door zon, regen (gelukkig maar een paar druppeltjes) en sneeuw. Het was heel veel stijgen en dan denken dat je je aantal meter gestegen bent voor die dag, maar neen hoor, je moet telkens terug eerst dalen, dan die rivier over en dan weer de hele berg over. Uiteraard hebben we fysiek onze grenzen verlegd maar ook mentaal. Ja, ik ben wel avontuurlijk, maar ik ben geen heldin en op deze trekking was het toch af en toe noodzakelijk om mijne knop uit te zetten en het gewoon te doen. In het begin was het nog niet echt zo, dan trokken we door de bossen, zoveel verschillende soorten, telkens weer op hun manier zo mooi. Van Rhodedendronbossen tot Bamboo tot uiteindelijk een soort bos dat zelfs iets spookachtigs had, met heel veel mos en alles wat druilerig. We hebben prachtige vogels gezien (Tom, dat verslag krijg je zeker als we terug thuis zijn), ook wilde apen (neen, daar bedoel ik de Jan niet mee ;-)).

En toen kwam de hoogte, de bomen werden zeldzamer, de eerste bergpieken werden zichtbaar (van steeds dichterbij) en de tochten werden iets zwaarder. Toch een apart gevoel als je steeds dieper moet gaan inademen om dezelfde hoeveelheid zuurstof binnen te krijgen. ‘s Nachts was het bitterkoud en we waren dankbaar als ze in de teahouses een vuurtje ons de eettafel neerzetten, dan konden we ons even verwarmen voor we in onze slaapzak kropen. Ja, het was de moeite, vooral als we dan weer een riviertje overmoesten. Tot dan toe waren het hangbruggen geweest, maar nu werden het wat boomstronkjes bijeengebonden die dan nog niet eens stabiel waren. En dan zie het je water wild kolken over de rotsen vlak onder je. Op zo een moment moest ik dus mijne knop uitschakelen en gewoon stap voor stap zetten en even mijnen adem inhouden. Ik mocht er niet aan denken als je een stap verkeerd zette, het vrieskoude water in en dan steil naar beneden tegen die rotsen….volgens mij onmogelijk zonder kleerscheuren. Maar goed, daar moet je dan maar niet teveel bij stil staan. De laatste twee dagen op weg naar de top hebben we door de sneeuw gewandeld, echt prachtig, maar ik heb ze dan af en toe toch weer efkes geknepen toen we over een lawine of een smalle bergpas moesten, waar je voet voor voet moet zetten op gladde sneeuw met de afgrond zo schuin naast je. Je ziet het, ben echt geen heldin, maar heel blij dat we het gedaan hebben.

Onze gidsen/dragers Purna en Radzou waren ook schitterend. Niet alleen hebben ze de hele tijd onze grote rugzak gedragen (zodat wij enkel ons dagrugzakje met wat water en dergelijke moesten dragen), maar ze hebben super voor ons gezorgd. Ons eten werd dubbel gechecked of het wel goed genoeg gekookt was en vers was, ze hebben keihard over alles onderhandeld en ze kenden de trekking als geen anderen. Behalve als Purna me vertelde na een stijging van bvb 2u dat er een plat stuk kwam, dan dacht ik:’yes right’, zeveraar. Het ging dan altijd weer op en af en op en af. En ik maar op mijn tanden moeten bijten. Pas na een tijdje verduidelijkte hij dat dit ‘Nepali flat’ was, ‘a little bit up and a little bit down’ and ‘no, no, we do not have Belgian flat in Nepal, hihihi’. Ze zullen mij hier dus niet meer liggen hebben en nu weet ik dat voor het vervolg! Maar het heeft ook zijn voordelen, ja, ja, de Jan ocharme, die elf dagen op mijn voeten en mijn gat heeft moeten zien (ja, want de traagste loopt vooraan he), zei me zelfs op het einde van de klim dat hij de indruk had dat mijn broek wat losser rond mijn gat begon te zitten. Een beter compliment kan je niet geven aan een vrouw, dus ik ben dan den berg opgerend ;-). Ik denk dat hij blij is dat we nu terug naast elkaar kunnen lopen….

Maar dit alles dus met als doel om op een morgen om 4u30 in het donker door de sneeuw te vertrekken naar Annapurna Basecamp. Eerst dacht ik weer dat we onveantwoord bezig waren, in het donker op zo een hoogte, smalle stukjes….maar na een paar minuutjes went het en als je dan de zonsopgang ziet en al die mooie bergen om je heen en niets anders dan sneeuw en natuur en al die schoonheid….ik zou het onmiddellijk opnieuw doen, dat gevoel blijft je altijd bij denk ik, ik krijg er nog kippenvel van.

De rest van de trekking kunnen we best vertellen met de foto’s bij de hand, want zonder zegt het niet echt veel. We hebben er super van genoten en bij deze wil ik ook nog een speciaal woordje van dank richten aan mijn wandelstokken, ze hebben me meermaals rechtgehouden en wie weet hoe ik er nu zou aan toezijn zonder hen….ook aan mijn schatje een woordje van dank, want af en toe was een veelzeggende blik of een ‘komaan, nog efkes’ nodig om me helemaal tot boven te krijgen. En uiteraard komt Jan voor de wandelstokken he, ik hoor jullie al tot hier ;-).

Op de terugweg naar Kathmandu zijn we bij de Trisulirivier gestopt om er een vier uurtjes te raften. Een niet te wilde rivier, want het was voor ons twee een nieuwe ervaring, maar met toch genoeg versnellingskes om de kriebels in de buik te voelen. Het voelt net zo aan als op een rodeo te zitten (misschien nog wel iets voor den Herman?). Na vier uur waren we kleddernat en moe maar heel voldaan konden we ze weer knijpen om terug te rijden naar Kathmandu.

We gaan nu verder genieten van de Kathmandu-vallei, morgen gaan we al een dagje wandelen in de vallei, eentje om het af te leren :-) en nadien komen een heleboel Stupa’s en tempels aan de beurt. Nepal bevalt ons, zowel de cultuur, natuur als de bevolking zelf. Ik denk dat dit land wel eens onze favoriet in Azie zou kunnen worden.
We zijn hier nog twee weken, dus wordt zeker vervolgd!

Dikke kussen

Fie
Ps: de foto's volgen zaterdag!

2 opmerkingen:

Anoniem zei

Hallo stappers,

hier op het thuisfront keken we uit naar jullie verslagje na de grote trekking. Het was lang wachten, maar het was weer de moeite waard. We verlangen al om de foto's te zien morgen.

Gisteren hebben we ook een beetje gestapt - sportdag. Nadine, Isabelle, ikzelf en de drie Hildes hebben een leuke namiddag gehad. Hilde VDC - rond en gezond - reed mee met haar mamafiets en was een prima scout. We moesten in een twaalftal straten op zoek naar wat we op 10 foto's zagen. Tijd genoeg om een terrasje te doen hadden ze ons gezegd, maar uiteindelijk hebben we nog bijna moeten lopen om op tijd binnen te zijn. 't Was ook prachtig weer, maar ik ben vroeg in mijn bed moeten krijgen met een zonneslag.

Veel plezier nog in Nepal !

Groetjes,

Annelies

Anoniem zei

Sofie en Jan, het water loopt hier weeral uit mijne mond.
Ik wist niet dat Nepal zo mooi was.
'k Heb weeral direct goesting om te vertrekken...nog één voordeel, gezien jullie foto's zo mooi zijn, moeten wij niet zo afzien om ervan te genieten. Mijn nadeel, mijn achterste zal niet versmallen van voor mijn pc'tje naar jullie inspanningen te kijken. Alé, laat maar komen die mooie verslagen, we genieten er hier van !

Groetjes
Eileen